Vierde bahá’í-lid van de Yaran in Iran vrijgelaten

DEN HAAG, 20 februari 2018, (BWNS) – Na tien jaar van onrechtvaardige opsluiting vanwege zijn geloofsovertuiging, is er een einde gekomen aan de onrechtmatige straf van Saeid Rezaie, een van de zeven leden van de voormalige groep die de zaken behartigde van de bahá’ís in Iran.

De heer Rezaie en zes andere bahá’ís werden in 2008 in de vroege ochtend gearresteerd na een inval in hun huizen. Ze maakten allen deel uit van de ad-hocgroep die bekend stond als ‘de Yaran’ (de Vrienden), die zorg droegen voor de geestelijke en materiële basisbehoeften van de Iraanse bahá’í-gemeenschap. De groep werd opgericht met medeweten en stilzwijgende goedkeuring van de autoriteiten, nadat formele bahá’í-instellingen in de jaren tachtig in Iran illegaal waren verklaard. De heer Rezaie is de vierde persoon van de voormalige Yaran die is vrijgelaten.


Vrienden en familie verwelkomen Saeid Rezaie na zijn vrijlating uit de gevangenis, na een 10 jaar durende onrechtvaardige opsluiting.

Nu, tien jaar later, keert hij terug naar een samenleving die weinig veranderd is ten aanzien van de bejegening van de bahá’í-gemeenschap.

‘Hoewel de heer Rezaie en drie andere leden van de Yaran zijn vrijgelaten, gaat de vervolging van de bahá’ís in Iran onverminderd door’, zei Diane Ala’i, vertegenwoordiger van Bahá’í International Community (BIC) bij de Verenigde Naties in Genève. ‘Vanuit de gevangenis gaat hij terug naar een gemeenschap die nog steeds onder enorme druk staat van de regering en die wordt geconfronteerd met discriminatie en vervolging om geen andere reden dan de overtuiging van het Bahá’í-geloof.’


Saeid Rezaie voltooide op 16 februari jl. een 10 jaar durende onrechtvaardige opsluiting.

Voordat hij werd gevangengezet had de heer Rezaie, landbouwingenieur, een succesvol bedrijf in landbouwmachines. Hij is een van de vele leden van de bahá’í-gemeenschap die heeft geleden onder de economische vervolgingen. Winkels en bedrijven van bahá’ís worden met regelmaat door de autoriteiten gesloten nadat eigenaren zijn lastig gevallen. In de afgelopen paar jaar zijn honderden van dergelijke bedrijven gesloten en zijn van veel gezinnen de financiële middelen van bestaan ontnomen. In een open brief aan president Hassan Rouhani noemde BIC deze discriminatie ‘economische apartheid’.

Verwacht wordt dat de drie overgebleven leden van de Yaran hun straffen in de komende maanden zullen voltooien. Het gaat om de heer Jamaloddin Khanjani (84), de heer Afif Naeimi (56) en de heer Vahid Tizfahm (44).

Ga voor meer informatie naar bic.org.

Bron: http://news.bahai.org/story/1238/